Hoe excellent is jouw professional performance ?

Voor de meesten van ons gaat het artsexamen en de Eed van Hippocrates afleggen gepaard met trots. En ik maak nog steeds mee dat het goede sier maakt als je kunt zeggen dat je dokter bent. Toch is er volgens mij een crisis gaande als het gaat over de professionele identiteitsbeleving van veel artsen. Ik hoor en zie om me heen dat ik niet de enige ben die zich opnieuw probeert te verhouden tot de vraag ‘wat voor dokter wil ik zijn?’ en ‘hoe krijg ik het voor elkaar om ook echt die dokter te zijn waar ik zelf achter sta?’

En soms zelfs over de vraag ‘wil ik nog wel dokter zijn?’

Mijn coming-out als dokter beleefde ik in 2005. Die ging gepaard met trots. Hoewel ook met enige ambivalentie. Omdat ik nog niet was uitgedokterd in hoeverre het dualisme van Descartes ons parten speelde. Daar waar ik als coassistent getuige had mogen zijn van wat onze geneeskunde allemaal kan bieden, daar was ik ook weleens verontrust over de gang van zaken. Ervaringen in mijn eerste week, zette me meteen op scherp.

De professional performance en professionele identiteit van artsen gaat me aan het hart. Het onderwerp leeft! Er zijn zelfs hoogleraren ‘professionele performance van artsen’ en ‘professionele identiteit’. Ik volg met interesse wat er allemaal over deze thema’s wordt gedeeld.

Nu mag ik graag mijn ego laten defuseren van welke performance en identiteit dan ook, maar oei, mijn dokter-zijn geeft me nou net nog enige status.

Mijn eigen identiteit is professioneel gezien in transitie. Daar ben ik blij mee, maar het is ook privé hard werken. Mijn performance kan per moment en context nogal verschillen. Getuige het aantal boeken, congressen en interviews met dokters van welke allure dan ook, is er volgens mij een crisis gaande als het gaat over de professionele identiteitsbeleving van veel artsen. Ik volg met name die van huisartsen en psychiaters. Dat heeft puur met persoonlijke voorkeur te maken en is niet op louter toeval gebaseerd. Of dat statistisch relevant is, betwijfel ik. Narratief gezien is het wel te plaatsen. (Verder onderzoek hiernaar is geïndiceerd).

In het boek ‘Wat is er met de doktergebeurd’ geeft een ethicus zijn mening: Echte professionals schuiven verantwoordelijkheid niet af, maar zoeken zelfbewust en weerbaar, in overleg met anderen, naar oplossingen voor problemen. Ik ben gevoelig voor zo’n oproep en juich het inzetten van eigen autonome krachten en reflectie op jezelf als professional toe om tot verbeteringen in de zorg te komen. Maar laten we eerlijk erkennen dat er een grens zit aan die autonome maakbaarheid.

Heel hoopgevend is dat het boek handreikingen geeft. Het volgende citaat heeft de eer in het deel over oplossingen te staan en ik ben oprecht nieuwsgierig wat het bij jou als lezer oproept. Als het aan deze ethicus ligt, is het helder wat wij dokters te doen hebben:

Te denken valt aan stoïcijnse onverstoorbaarheid en weerbaarheid, moed en optimisme, om ondanks demoraliserende invloeden door te blijven gaan, beroepsethiek die zich niet klein laat krijgen, niet te ondermijnen empathie met de patiënt, een onverwoestbare integriteit, verstandig maatgevoel om telkens opnieuw de balans te zoeken tussen waarden van uiteenlopende logica’s, maar ook tussen werk en privé.”

Ik ben benieuwd hoeveel zelfcompassie jij na het lezen van deze oplossing kunt voelen? Mijn moral distress rekt zich hier op tot onhoudbare uitersten. Wat zou het toch prachtig zijn als dit ons lukt als dokters. Ja, dán kun je echt vol trots uitkomen voor je professionele identiteit. Een excellente performance!

Ik vraag me af hoeveel relatie deze ethicus heeft met de rauwe werkelijkheid van veel artsen. Met hen die met hun benen in de modder van de medische arena staan en dagelijks proberen naar eer en geweten zinnige zorg te verlenen. En daar ook zelf gezond bij proberen te blijven.

Wat willen we o zo graag de combinatie van deugden bereiken die deze ethicus zo clean verwoord. En wat doet het zeer wanneer je als individuele arts moet constateren dat het bereiken van de juiste balans niet lukt.

Of laat ik voor mezelf spreken: wanneer er in het zoeken naar oplossingen geen recht wordt gedaan aan de invloed van de context en de cultuur waarin wij ons werk moeten doen, dan raakt het mij extra als er een hoogdravend individueel appèl op karaktervorming wordt gedaan. En dat dat dan ook nog als de oplossing wordt gepresenteerd!

Dit is in mijn ogen waar beroepszeer, en dus ook beroeps-eer, over gaat. Die is door niet-dokters aan de zijlijn vanuit verschillende perspectieven zeker zinnig te duiden én te beïnvloeden. Maar vermoedelijk alleen van binnenuit te helen. Om van daaruit hopelijk ook naar buiten toe effect te hebben.

De schrijvers typeren het actuele probleem in de zorg treffend als de plek ‘waar het schuurt tussen leefwereld en systeemwereld.’ Ik herken me in de constatering: ‘de dokter betaalt in conflict met het systeem vaak een persoonlijke prijs om de dienstbaarheid en de verbinding, met een open mind, gericht op de behoefte van de mens tegenover hem overeind te houden.’ Ik wens mezelf en collega’s, degenen die zich herkennen in de metafoor van de omgevallen kanariepiet in de kolenmijn, graag toe dat we als zelfbewuste en dappere peacocks in a land full of penguins (*) professioneel kunnen performen. Dat klinkt toch als een waardige logica?

Misschien is het heel belangrijk, voordat er verder aan oplossingen gedacht wordt, om met elkaar ook stil te staan bij hoe het voelt als het niet lukt om dokter te zijn op een manier die past bij hoe je het ooit voor ogen had toen je voor het vak koos. Dat dit niet vanzelfsprekend is, maar door velen wel als wenselijk wordt gezien, getuige al die boeken en congressen die momenteel georganiseerd worden. Ik juich het toe. Het zijn uitnodigingen om met elkaar in gesprek te gaan. En hopelijk leidt het ertoe dat onze menselijkheid met trots geïncorporeerd wordt in onze professionele identiteit. Ik ben ervan overtuigd dat dat ons aller professionele performance ontzettend mooi ten goede komt!Daar profiteren ook onze patiënten van mee.

Laten we, door het gezamenlijk erkennen van alle -dus óók systemische!- factoren die leiden tot beroepszeer, weer komen tot de kern van onze beroeps-eer. En eens goed bekijken wat dat vervolgens kan betekenen voor onze professionele identiteit en performance. Zodat filosofen als Menno de Bree coassistenten niet meer afraden om echte dokters te worden. (*) En de Eed van Hippocrates trots en geloofwaardig kan blijven klinken.

 

Reageren? Via een berichtje op LinkedIn of per email naar elles@vanuitbewustzijninbeweging.nl of mag ook naar elles@vbib.nl

Inspiratiebronnen:

* Wat is er met de dokter gebeurd? Ervaringen en bespiegelingen vanuit de medische arena. Baziel van Engelen e.a.

*je Binnenste Buiten, over professionele identiteit in organisaties. Manon Ruijters e.a.

*Professional performance van artsen. Kiki Lombarts

*Also human. The inner lives of doctors. Caroline Elton

*de biografie als medicijn. Susanne Kruys

*Heel de dokter. Angèle van de Ven en Lodewijk Schmit Jongbloed en platform Doktersdialogen

*a peacock in the land of penguins. BJ Callagher

https://youtube.be/z5z5bcVsHCs

https://youtube.be/hNeR4bBUj68